Verslag conferentie Red Green Deal
Op 24 mei 2024 komen in Utrecht zo’n 90-100 GroenLinksers, PvdAers en allerlei aanverwanten samen voor de door het Milieunetwerk van GroenLinks en PvdA Duurzaam gezamenlijk georganiseerde conferentie over de Red Green Deal.
Titia van Leeuwen, lid van het kernteam duurzaamheid GroenLinks PvdA, waarin het milieunetwerk GroenLinks en PvdA Duurzaam nu al een aantal jaren duurzaam samenwerken, opende de conferentie. Zij heet iedereen welkom. Dit is inmiddels de 7e grote conferentie die we de beide netwerken gezamenlijk organiseren. Een conferentie gericht op de Europese Verkiezingen, tegen de achtergrond van een verrechtsing van Nederland en van Europa. Daarbij lijkt optimisme en veerkracht belangrijk als wapens tegen moedeloosheid. Dat is ook de inzet met deze conferentie. Er blijken overigens twee interpretaties van de titel van de conferentie, de organisatie doelt op ‘de rode groene deal’, maar de titel wordt ook opgevat als ‘Red de Green Deal’. Beide zijn aan de orde.
Ferd Crone is dagvoorzitter. Hij komt van oudsher vanuit de vakbeweging toen milieuvraagstukken ook daar op de agenda kwamen. Ferd is PvdA-kamerlid geweest en was o.a. woordvoerder milieu. Hij was tot voor kort voorzitter van de Raad van Toezicht van het KNMI en heeft ook daardoor veel kennis opgedaan over klimaat. Ferd memoreert de Tweede Kamer - enquêtecommissie over het klimaatvraagstuk uit 1995: die toonde aan dat klimaatverandering echt een probleem zal worden. Daarna is er echter lang te weinig gebeurd. Heel lang was de houding van de meeste politici: ‘eerst zien, dan geloven’. Nu zien we de klimaatverandering zich daadwerkelijk voltrekken en motiveert dat steeds meer regeringen om toch in actie te komen.
Gesprek met Diederik Samson
Diederik Samson is de eerste spreker. Diederik is voormalig PvdA partijleider. In 2019 werd hij kabinetschef van Eurocommissaris Frans Timmermans en heeft hij getrokken en bijgedragen aan de Europese Green Deal. Diederik is vanaf 7 juni ambteloos burger, omdat zijn mandaat in Brussel dan afloopt.
Het beeld van de afgelopen maanden is dat door het boeren-activisme en door de opkomst van extreem rechts de Europese Green Deal aan het verslappen en verwateren is.
Zo dramatisch is het volgens Diederik nog niet. Even terug in de tijd. In 2019 is gekozen voor de strategie om op Europees één plan voor het hele ecosysteem te maken. Tot die tijd maakte Europa vooral losse plannen. De Green Deal kent voor het ecosysteem twee pijlers van beleid: klimaat en biodiversiteit. Daarmee pakken we twee crises in samenhang aan. Het is goed dat we ons realiseren dat het dreigende verlies aan soorten in de natuur dat de mensheid veroorzaakt even essentieel is als de wereldwijde temperatuurstijging.
Diederik maakt zich minder zorgen voor de uitvoering van het klimaatdeel van de Europese Green Deal, die is volgens hem inmiddels in beton gegoten, want breed in het politieke centrum verankerd. Zo zie je dat ook de VVD het klimaatbeleid nu in de Tweede Kamer verdedigt.
De biodiversiteitspijler bezwijkt volgens Diederik eerder dan de klimaatpijler. De afgelopen maanden zijn hier al een aantal onderdelen gesneuveld. Maar veel van die gesneuvelde punten zullen na de verkiezingen weer op de agenda komen.
Hoe schat Diederik de verrechtsing bij de verkiezingen in? Europa heeft een 720 Europarlementariërs. Diederik verwacht bij de verkiezingen een zetelverschuiving van waarschijnlijk ‘slechts’ zo’n 20 zetels van groen en liberaal naar uiterst rechts. Het ziet er ook niet naar uit dat de EVP en de liberalen met extreem rechts willen samenwerken.
Hij verwacht dat sociaal democraten waarschijnlijk weer de lead krijgen in de Green Deal: het zal dan vooral gaan om de vraag hoe verder te gaan met de pijler biodiversiteit.
Een pijnlijk voorbeeld is het dossier Glyfosaat: het op termijn verbieden van dit schadelijke bestrijdingsmiddel is door de Commissie teruggetrokken.
Hoe hard moeten we het verbieden van dit middel in de komende jaren gaan spelen? De nieuwe commissie moet een nieuwe richtlijn gaan maken. Glyfosaat wordt in feite gebruikt om een hoge opbrengst per hectare te halen. Het systeem dwingt boeren hiertoe. Er moet een alternatief verdienmodel voor boeren komen, bijvoorbeeld door hogere vergoedingen te bieden (ook voor het bijdragen aan minder CO2 en meer biodiversiteit, bijvoorbeeld door meer bomen te planten) of door natuurlijke bestrijdingsmiddelen te introduceren. Daarnaast zal in de grondslag van het wel of niet verbieden van glyfosaat de biodiversiteit meegenomen moeten worden.
Een belangrijke vraag is hoe we in 2040 de noodzakelijke 95% CO2 reductie gaan halen. Hoe gaan we dat doen? Bedrijven kijken bij de investeringen die ze nu doen naar 2040. Die investeringen zullen dus moeten bijdragen aan die grote reductie.
95% reductie in 2040 betekent een enorme transitie. Bij elke transitie dreigt dat deze Darwinistisch is en dat de zwakkeren die niet overleven: daarom moet de overheid de sociale component, klimaatrechtvaardigheid, nu oppakken.
Vraag vanuit de zaal: dé boer bestaat niet: er zijn veel verschillende soorten boeren. Diederik: er zijn inderdaad nu ook boeren die een inkomen genereren met een natuurvriendelijk verdienmodel. Het zijn er echter nog wel veel te weinig: die groep moet wel veel groter worden. Bijvoorbeeld door een extra vergoeding als je grutto’s spaart.
Vraag vanuit de zaal: gaat de kaderrichtlijn water (schoon water) net zo’n probleem worden als stikstof? Diederik geeft aan dat de kaderrichtlijn water nog veel harder is dan Natura 2000. Overal is namelijk water: dat valt niet te negeren. In Nederland vervuilen we water door uitstoot vanuit industrie en landbouw en zitten we ver af van de normen die vanaf 2027 worden gehandhaafd. In 2027 kunnen we snel een reeks gerechtelijke uitspraken over waterkwaliteit verwachten die vooral boeren zullen treffen. Nederland zal dus heel snel aan de slag moeten met het terugdringen van emissies door industrie en landbouw.
Gesprek met Lara Wolters (sinds 2019 lid van het Europees parlement) en Jolein Baidenmann (kandidaat voor het EP op plek 15).
Lara geeft aan dat de sociaal democraten en de groenen in Europa nog twee gescheiden families zijn. Lara wil door omdat het werk in Europa nog niet af is. Zij heeft bijgedragen aan de wet Verantwoord Ondernemen. Die wet gaat niet alleen over verantwoorde arbeid, maar ook over duurzaamheid in den brede. Daar was gelukkig in het algemeen wat minder aandacht voor, waardoor we goede stappen hebben kunnen zetten. Zo moeten bedrijven klimaattransitieplannen gaan maken.
Dit gaat niet om een verantwoordings- maar een actieverplichting. Dit is een geheim wapen geworden: lid 15, artikel 22.
Jolein ziet voor Europa twee grote transities, de groene en de ict-revolutie. We moeten verder kijken dan alleen naar Fort Europa. Europa moet ook andere continenten mee krijgen in de groene beweging. Speerpunten voor de komende jaren zijn de vergroening van de industrie en financiële sector. Rechtvaardig klimaatbeleid. Markten inrichten voor circulair produceren.
Vraag vanuit de zaal: wat gaan mensen in Nederland merken van het sociale fonds green deal? Jolein en Lara willen zich - los van dit fonds - inzetten voor het omzetten van fossiele subsidies in vormen van inkomensondersteuning. Diederik geeft aan dat Nederland de komende jaren 1 miljard euro uit dit fonds kan aanvragen. Het is bedoeld voor bijvoorbeeld isolatie van huizen, maar ook voor inkomenscompensatie voor klimaatmaatregelen. Susanne Kröger vertelt dat de betrokken ministeries nu de Nederlands aanvraag voor de bijdrage vanuit dit nieuwe sociale fonds voorbereiden. Het geld zou bijvoorbeeld ook beschikbaar kunnen komen om systemen van autodelen op te zetten.
Vraag: hoe worden de politieke verhoudingen en zal de verschuiving naar rechts inderdaad meevallen? De twee fracties van sociaal democraten en groenen zullen de komende jaren meer naar elkaar moeten gaan kijken en minder naar de christendemocraten.
Een commissie-coalitie over rechts kan er niet komen zonder de liberalen, dus die kaart kan van der Leyen niet spelen. Het zou ook vijf jaar narigheid worden, omdat de populisten niet te vertrouwen zijn, wispelturig. De financiële sector zit niet in de MVO richtlijn. Dat moet veranderen. Dat is lastig met het gepolariseerde parlement.
Vraag: er is een fundamentele verandering van het economisch systeem nodig. Welke stappen moeten we zetten? Veel pakken we aan met MVO, stimuleren van minder CO2 uitstoten, circulaire produceren; ook EVP zal inzien dat we een industriepolitiek nodig is t.o.v. China en VS om te investeren in innovatieve bedrijvigheid. We moeten gaan sturen op de andere waardencreatie in de financiële markten. Daarnaast CO2 heffing, die met de lage olieprijzen ervoor moet zorgen dat de circulaire niet fossiele economie wordt gestimuleerd.
Vraag: hoe gaan we de Green Deal goed uitvoeren? Door in elk geval een goed samenspel tussen TK fractie en EP fractie.
Met Suzanne Kröger wordt het gesprek vervolgd over wat een ‘Nederlandse red green deal’ zou kunnen heten. Suzanne is somber over de komende coalitie, maar heel positief over de net in de Tweede Kamer aangenomen Energiewet. Met name over de daarin gerealiseerde mogelijkheden voor energiedelen en de rol van energiecoöperaties en energiegemeenschappen. De Energiewet is feitelijk ook een doorvertaling van Europese regels.
Zij ziet een schone taak voor de oppositiepartijen om alsnog het klimaat, milieu en biodiversiteit te redden. Wat daarvoor onder meer echt nodig is een goede waarborging van de publieke belangen, zoals bijvoorbeeld een betaalbare energieprijs, een goed openbaar vervoer en een eerlijk verdienmodel voor boeren. De oppositie moet scherp zijn en direct blootleggen waar de coalitiepartijen de boel bedonderen. We zijn als oppositie vaak nog veel te netjes. En ook nog te weinig gezamenlijk optredend in de kamer.
We moeten ook uitkijken met het klimaat teveel technisch en als een CO2 boekhouding te benaderen. Het is een leefomgevingsbelang, het moet sociaal aangepakt worden. En we moeten die verschillende aspecten veel meer integraal benaderen: de publieke sector versterken tegenover de marktwerking. En daarbij ook duidelijk de ruimte voor bedrijven aangeven. In het landelijk gebied moeten we zorgen voor een deliberatie-overlegcultuur als antwoord op[ het simplisme van de BBB.
Suzanne verwijst ook naar het recente rapport Grip van de WRR: De overheid moet bij het maken en uitvoeren van beleid zorgen dat burgers meer grip op het eigen leven kunnen ervaren. Wanneer mensen onvoldoende grip ervaren, kan dat juist leiden tot meer gezondheidsproblemen, eerder overlijden, meer maatschappelijk onbehagen, en mogelijk zaken als complot-denken.
Dan komt de wetenschap aan het woord met Detlef van Vuuren en Pieter de Wilde
Detlef van Vuuren werkt bij het PBL en is hoogleraar Integrated Assessment of Global Environmental Change bij het Utrecht Sustainability Institute van de Universiteit Utrecht. Hij is mede auteur bij de IPCC
De stand van zaken wereldwijd is dat we op dit moment toegaan naar temperatuurstijging van meer dan de beoogde 1,5 graden, namelijk van 2,2 - 3,9 graden. Dan krijg je een wereld die we niet willen. Als we binnen de 1,5 graad opwarming willen blijven hebben we nog een budget van 300 tot 400 gigaton CO2 uit te stoten. We stoten als wereld ongeveer 42 gigaton CO2 per jaar uit, dus met dit tempo zijn we binnen 8 jaar over die 1,5 graad heen.
Volgens Detlef van Vuuren is de communicatie over de Nederlandse doelen richting bedrijven niet duidelijk genoeg. ‘De Nederlandse overheid heeft een netto broeikasgasdoel, in 2050 moet die nul zijn. Van methaan en N2O (distikstofmonoxide) weten we dat de uitstoot bijna niet naar nul te krijgen is. Dit betekent voor het broeikasgasdoel dat CO2 negatief moet worden om op netto-nul uit te komen. Indirect betekent dit dat CO2 eerder dan 2050 naar nul zal moeten. Daar moet de overheid de bedrijven wel expliciet van op de hoogte brengen, wil dat kans van slagen hebben. En daarna zal de temperatuur, met het huidige beleid, door blijven stijgen.
Als de doelen voor alle landen hetzelfde zijn, komen we er niet. Het westen, dat ook het meest bijdraagt aan de CO2 emissies moet veel meer doen dan anderen. Om in 2040 op nul uit te komen hebben we 90 % emissie reductie in 2040 nodig volgens de Europese Commissie. Dit moet evenwel straks bevestigd worden door nieuwe commissie.
De uitvoering, is het meest cruciaal. De energievoorziening meer dan heftig inzetten op hernieuwbaar en ook waterstof.
Pieter de Wilde is hoogleraar Europese politiek en maatschappij bij de Universiteit van Groningen. Zijn onderzoek richt zich op politieke conflicten over Europese integratie en globalisering.
Pieter onderscheidt twee strategieën voor de samenwerking tussen GroenLinks en PvdA die straks in twee verschillende Europese families terecht komen: namelijk: gebruik strijd en gebruik een saus
In Brussel heersen andere machtsverhoudingen dan in Den Haag. Tot nu toe bestuurt ‘het centrum’ Europa. Daar zitten de knoppen
GroenLinks zit in de familie van de Groenen en de PvdA in de Alliantie van Socialisten en Democraten (SenD). De Groenen en de SenD zullen niet snel samen gaan. Het is essentieel dat GroenLinks en PvdA vanuit hun gezamenlijke programma wel ieder hun eigen weg gaan in hun familie.
GroenLinks moet in de familie van de Groenen voorkomen dat ze vooral ook als rood gezien worden. En bij de SenD moet de PvdA voorkomen dat ze vooral ook als groen worden gezien. Dat verzwakt in beide gevallen de positie binnen die familie, want je bent half van de ander. Groen moet groen beschermen en rood moet de banen beschermen.
Je moet twee inhoudelijk verschillende verhalen vertellen. Met de strategieën van strijd en saus. Met strijd geef je duidelijkheid, het levert zelden een overwinning op, maar je legt een conflict bloot, geeft helderheid.
Het gaat dan om framen. In de politieke wetenschap is framing een omlijsting. De foto blijft hetzelfde maar de lijst maakt het beeld anders. De lijst is de saus om de inhoud. Het gaat dus wel om een andere strategie in Den Haag dan in Brussel.
De kiezers van extreem rechts zijn angstig en bang, en hebben daarom een saus nodig, een conservatieve saus over wel eenzelfde inhoud. Bijvoorbeeld de saus van ‘veiligheid’ over een inhoud van klimaatbescherming. Of een saus van ‘koeien in de wei houden’ over een inhoud van minder koeien.
En dan de discussie
Tenslotte komen alle sprekers bijeen om met elkaar en met de zaal een aantal essenties te bespreken.
Een reductie van de broeikasgassen van 90% in 2040 dat is nogal wat. Is de vrees dat alle grote bedrijven dan naar Afrika gaan terecht, of zal de Europese markt juist voor de ontwikkelingslanden van belang blijven. In ieder geval is een instrument als een importheffing voor vuil geproduceerde zaken een duidelijke en eerlijke aanpak.
Een andere goede aanpak lijkt om het vraagstuk van klimaat veel duidelijker te koppelen aan de migratie die klimaatverandering teweeg brengt. En ook hoe de gevolgen van klimaatverandering als dominostenen werken: door klimaatverandering brandende bossen, brengen vervolgens meer klimaatverandering teweeg. Door klimaatverandering ontdooiende toendra’s geven vervolgens nog weer meer klimaatverandering.
De klimaatverandering wordt vaak nogal technisch benaderd, maar ook bij technische verhalen is gedragsverandering nodig. In het westen wordt veel meer vlees gegeten dan gezond is, dan dus daarbij het accent op gezondheid leggen.
We moeten constateren dat populisten goed zijn in het creëren en verzilveren van angsten. Groenlinks en PvdA gaan meer voor het eerlijke verhaal, maar dat wil juist minder gehoord worden.
Je moet eigenlijk twee verhalen neerzetten: de angst voor migranten ombouwen in het aanpakken van klimaatverandering. Tegelijkertijd denken veel jonge kiezers in termen van hoop en kansen. Ook dat verhaal moet verteld worden. Veel en vaak.
De green deal past meer bij groene verhaal. Wij kunnen en moeten daar een red green deal verhaal van maken. Het samen optrekken van rood en groen is voor veel mensen aantrekkelijk. Maar je hebt dus meer verhalen nodig, zeker ook enerzijds in Den Haag en anderzijds in Brussel. Er zijn meerdere boodschappen. In Den Haag zijn andere samenwerkingen dan in Brussel.
De groep die bang is om iets kwijt te raken, vraagt weer om een eigen verhaal. Het enige antwoord is dan toch het eerlijke antwoord. Eerlijk over waar het op staat en eerlijk in de zin van rechtvaardig, dus klimaatrechtvaardigheid.
Mensen zijn nu eenmaal altijd een beetje bang voor veranderingen. Het is niet allemaal leuk, als het maar eerlijk en rechtvaardig gaat. En zorg dat er altijd oplossingen geboden worden. We zouden bijvoorbeeld de circulaire economie meer samen met klimaat moeten nemen. Dus het klimaatprobleem aanpakken met oplossingen die tegelijk ook andere problemen aanpakken, meer integraal werken. Bedenk dat 80% van de subsidies, terecht komen bij 20% van de mensen. We moeten de aanpak van klimaat niet als klimaat benoemen. Maar als een eerlijker en rechtvaardiger beleid. Kortom we moeten naar een andere framing die duidelijker overkomt en aansluit bij de dagelijkse praktijk en ervaringen van mensen.
En het gaat er ook om dat mensen je herkennen als een van hen, dat is het geval bij de BBB. En het goede verhaal is niet het verhaal hoe slecht het daar is, maar hoe goed het hier is. We moeten helder en duidelijk steeds hetzelfde vertellen en doen. Een goed voorbeeld daarvan vormen de energiecoaches die concreet je woning isoleren.
Verslaglegging Rob van Putten en Titia van Leeuwen